Het einde van dit jaar komt alweer in zicht en we hebben dan de neiging om de balans eens op te maken. Wanneer we dan even achterom kijken kunnen we zeker spreken van een veelbewogen jaar. Het coronavirus heeft tot tragische situaties geleid (denk o.a. aan het lijden in eenzaamheid van ouderen in verpleeghuizen). Vanmorgen de krant uit de brievenbus gehaald en daarmee het bericht van een totale ‘lock-down’ als afsluiting van dit jaar. Dit was volgens de autoriteiten nodig omdat we ons niet, of onvoldoende, aan de regels wensten te houden.
De gevolgen zijn ernstig maar wellicht is het ook goed om een en ander in het juiste perspectief te zien, want als we zien hoe miljarden mensen wereldwijd lijden aan dit coronavirus. Maar daar bovenop ook nog worden geconfronteerd met orkanen, overstromingen, hongersnood en onpeilbaar oorlogsleed, dan zien we dat de Here God ons land ondanks alles nog steeds zegent. En dit is bijzonder want het is duidelijk dat ons Nederland mede door de toenemende welvaart in de naoorlogse jaren is afgegleden naar een land dat wereldwijd bekend staat om zijn goddeloosheid en immoraliteit.
Wanneer we oog krijgen voor onze zegeningen te midden van het immense lijden op deze wereld zal ons dit tot verootmoediging brengen.
In Deuteronomium 6:10-11 lezen we hoe de Here God Zijn volk zegent, maar daar in vers 11 een ernstige waarschuwing aan toevoegt te weten: “weest dan op uw hoede dat u (in deze welvaart) de Here God niet vergeet.” Ook Deuteronomium 8:11 zegt: “Weest op uw hoede dat u de Here uw God niet vergeet” en vers 18: “U moet de Here uw God in gedachten houden.” Deze Schriftgedeelten bepalen ons wel heel duidelijk bij het ‘gevaar’ van zegening, welvaart en vrijheid van godsdienst. Ook is dan te begrijpen dat onze broeders en zusters in de verdrukking voor ons bidden dat wij door alle welvaart niet meer de dingen weten te onderscheiden “waarop het aankomt.” (Filippenzen 1:10)
Wanneer we oog krijgen voor onze zegeningen te midden van het immense lijden op deze wereld zal ons dit tot verootmoediging brengen. Laten we de Here God danken voor alles wat Hij ons nog schenkt in de gemeente. Voor alle (jonge) mensen die hun tijd en energie geven aan het functioneren van onze gemeente ondanks alle beperkingen van dit moment. Hem danken voor het komende Kerstfeest dat we nu misschien toch iets anders zullen vieren dan dat we gewend zijn. Wellicht zullen de beperkingen waarmee we nu te doen hebben maken dat we wat betreft gezelligheid (samen eten met een grote groep) samenkomen in de kerk etc., wat inleveren maar ons mogelijk wel dichter bij de essentie van het Kerstfeest brengen.
Hoe dan ook, graag willen we u allen een vreugdevolle Kerst toewensen en samen met u een hoopvol nieuw jaar tegemoet gaan aan de hand van onze Heer van de gemeente de Here Jezus Christus.